Persoonlijke Beschermingsmiddelen of PBM’s zijn een courant begrip in de standaardwoordenschat, vooral sinds de Wet Welzijn op het Werk. Maar wat bedoelt men met "persoonlijk", met "bescherming" en met "middel"? En is het begrip PBM contextgevoelig, naarmate je het bekijkt vanuit economisch of welzijnsoogpunt? Of je een PBM bekijkt als fabrikant, invoerder, aan- of verkoper, dan wel als werkgever, welzijnsmedewerker of werknemer?