De winter staat weer voor de deur en daarmee gaan naar verwachting koude temperaturen gepaard. Koude winterdagen kunnen voor sommige beroepen erg belastend zijn, zeker als ze bij vriesweer in de buitenlucht moeten werken. Denk maar aan bouwvakkers of wegenwerkers die de hele dag in openlucht doorbrengen. Het is dus belangrijk om als werkgever in te grijpen wanneer Koning Winter toeslaat. 

 

Wanneer is het te koud?  

De ondergrens van de temperatuur is afhankelijk van de fysieke belasting die bij het werk komt kijken. Het is officieel bepaald hoe laag de luchttemperatuur mag zakken voor je als werkgever maatregelen moet treffen:  

 

  • 18°C: voor zeer licht werk, waarbij de medewerker zit of in rust rechtstaat 
  • 16°C: voor lichte arbeid, zoals secretariaatswerk of het besturen van een auto 
  • 14°C: voor middelmatig zware arbeid, zoals timmeren of het besturen van een tractor 
  • 12°C: voor zware arbeid, zoals zagen met de hand of kruiwagens duwen of trekken 
  • 10°C: voor zeer zware en intense arbeid, zoals spitten, graven en op ladders klimmen 

 

Wanneer uit de risicoanalyse blijkt dat het kwik tijdens het werk onder deze waarden kan zakken, moet je als werkgever preventieve maatregelen treffen. Het gaat dan om technologische en organisatorische ingrepen, zoals verwarming of beschermende kledij voorzien, de werkplanning aanpassen en/of extra pauzes inlassen. 

 

Gezondheid  comfort 

De bovenvermelde actiewaarden dienen voor alle duidelijkheid om de gezondheid van je medewerkers te beschermen, niet om hun comfort te garanderen. De bovenstaande temperaturen kunnen immers al behoorlijk oncomfortabel aanvoelen. Je kan je misschien afvragen wanneer het dan eigenlijk te koud is, maar die vraag is niet eenduidig te beantwoorden.  

 

Of iemand een ruimte als aangenaam warm ervaart, hangt immers van een heleboel factoren af: luchtvochtigheid, tocht, kledij, fysieke activiteit of persoonlijke kenmerken (ben je een koukleum of heb je altijd te warm?) om er maar een paar op te noemen. 

 

 

Tips om je medewerkers te beschermen 

De volgende tips kunnen je medewerkers helpen om het ook bij (vries)kou aangenaam warm te hebben.  

 

Kledingstukken dragen in meerdere lagen

Door verschillende kledingstukken in lagen over elkaar aan te trekken, isoleren we onze lichaamswarmte veel beter dan wanneer we enkel een warme jas zouden dragen. Vooral de onderste laag kleren moet ervoor zorgen dat de huid droog blijft en dat vocht wordt afgevoerd. Dat kan bijvoorbeeld met thermisch ondergoed, of door een T-shirt met lange mouwen en een langere broek als ondergoed te dragen. 

 

Het lichaam van kop tot teen bedekken 

Een muts is een doeltreffend hulpmiddel om lichaamswarmte te bewaren. Ook hier kan je het laagjesprincipe toepassen, bijvoorbeeld een muts onder een beschermingshelm dragen. Ook goede handschoenen zijn belangrijk. Die moeten enerzijds vocht absorberen om te vermijden dat de kou naar binnen dringt en anderzijds moeten ze ook comfortabel genoeg zijn om te werken. Tot slot zijn ook warme, waterdichte schoenen met rubberen zolen heel belangrijk. Draag gerust ook twee paar sokken die de enkels volledig bedekken. 

 

Regelmatig een warme pauze nemen 

Op koude dagen zijn extra opwarmpauzes in een verwarmde ruimte zeker een goed idee. Als werkgever kan je ook warme dranken zoals soep, koffie of thee voorzien. Arbeid bij koud weer vergt immers meer energie van het lichaam, waardoor het belangrijk is om voldoende te eten en goed gehydrateerd te blijven.  

 

De werkplanning aanpassen 

Probeer, indien mogelijk, buitenwerk op koude dagen zo veel mogelijk te vermijden. Voorbereidend werk gebeurt bij voorkeur in een verwarmde ruimte. Beperk overuren, zodat je medewerkers niet langer dan nodig het koude weer moeten trotseren. Besteed zeker ook extra aandacht aan je meest kwetsbare medewerkers, zoals werknemers met chronische ademhalingsproblemen, hartaandoeningen, oudere medewerkers, enzovoort.